
Fouten in je cloudmigratie? Gefeliciteerd, je zit op het goede spoor
De eerste factuur van je nieuwe cloudomgeving valt op de mat. Boem! Je fronst. Is dit écht wat het kost? De omgeving draait, maar het voelt alsof je met een Ferrari boodschappen doet. Snel, glimmend, maar allesbehalve efficiënt.
Welkom in de cloud.
Werken in de cloud is geen één-op-één kopie van je on-premise omgeving. Sterker nog: bijna alles werkt anders. In plaats van de éénmalige investeringen werk je vanaf nu met variabele kosten. Je betaalt per seconde, per request, en … per foutje. Resources die je vroeger ’s nachts vrolijk lieten doordraaien, kosten je nu ongemerkt duizenden euro’s. Schaalbaarheid is er in overvloed, maar zonder grip groeit niet alleen je omgeving – ook je rekening.
Daar komt nog iets nieuws bij: monitoring, rechtenstructuren, beveiliging, performance tuning – het zijn allemaal nieuwe spelregels. En ja, daar ga je fouten in maken. Iedereen doet dat.
Dat is precies de bedoeling.
Een cloudmigratie is geen rechte lijn naar perfectie. Het is een leerproces. Elke misser – een verkeerd gekozen instance, een vergeten autoscaling-rule, een inefficiënt datamodel – is een kans om slimmer te worden. Als je tenminste stopt, terugkijkt en leert.
De organisaties die écht grip krijgen op hun cloud, zijn niet foutloos. Ze zijn leergierig. Nieuwsgierig. En ze zetten elke fout om tot een stap richting meer controle, minder kosten en een soepeler draaiende operatie.
Benieuwd hoe dat eruitziet in de praktijk? Lees verder.
Cloud werkt niet alleen anders – het denkt anders
Wie vanuit een on-premise mindset naar de cloud migreert, loopt geheid tegen verrassingen aan. Technisch lijkt het misschien op elkaar, maar onder de motorkap gelden compleet andere spelregels. Vooral als het gaat om kosten en efficiëntie. Hieronder de vier grootste verschillen – én de valkuilen die je liever voor wil zijn.
- Van investeren naar verbruiken
Bij on-premise IT koop je hardware en schrijf je af over jaren. In de cloud betaal je per seconde, per GB, per request. Geen vaste lasten meer, maar een continue stroom van variabele kosten. Dat klinkt flexibel – en dat ís het – maar zonder scherp toezicht schiet je budget alle kanten op. Veel organisaties migreren "zoals het was", zonder optimalisatie. Gevolg: ze nemen hun inefficiëntie gewoon mee naar de cloud.
Je zet een nieuwe omgeving neer, maar draait nog steeds op denkfouten.
- Capaciteit is geen keus meer voor de lange termijn
On-premise moest je vooruitdenken: hoeveel capaciteit hebben we de komende 5 jaar nodig? In de cloud kun je op- en afschalen wanneer je wilt. Maar dat betekent ook: als je niets instelt, schaalt alles vrolijk mee. En dat zie je terug in je factuur. Vergeet je autoscaling of lifecycle policies te configureren? Dan betaal je maandenlang voor ongebruikte opslag en overbodige rekenkracht.
Grip komt niet vanzelf. Chaos wel (en de bijbehorende factuur).
- Beheer verschuift van hardware naar configuratie
Updates, monitoring, beveiliging – vroeger was het tastbaar. In de cloud is alles een instelling, script of API-call. Efficiënt? Ja. Maar ook genadeloos. Eén foute klik en je start een dubbele omgeving op. Of je zet de back-upretentie per ongeluk op 90 dagen in plaats van 7.
De cloud is sneller – ook in het maken van dure fouten.
- Kostenbewustzijn verschuift van IT naar de hele organisatie
Vroeger hield de IT-afdeling het budget onder controle. In de cloud kan elke developer resources aanzetten. Zonder governance en duidelijke afspraken vliegt de verspilling je om de oren. De grootste valkuil? Denken dat alleen IT verantwoordelijk is voor kostenoptimalisatie.
Cloudkosten zijn niet alleen een IT-probleem. Ze zijn een organisatieprobleem.
De conclusie? Je migreert niet alleen technologie – je migreert je manier van denken. En dat vraagt: discipline, inzicht, evaluatie én continue bijsturing.
Lift & shift: snel in de cloud, maar zelden klaar voor de toekomst
Veel organisaties beginnen hun cloudtraject met een klassieke lift & shift. Logisch: je wilt tempo maken, risico’s spreiden en “alvast in de cloud zitten”. Vanuit daar kun je immers verder optimaliseren naar een cloud native aanpak.
In theorie klinkt dat als een verstandige tussenstap. In de praktijk blijkt de meerwaarde vaak beperkt.
Wat we zien? Workloads worden vrijwel één-op-één overgezet naar virtuele machines in de cloud. Maar daarmee neem je ook je inefficiëntie, je verouderde architectuur en je onderhoudslast mee. De applicatie draait dan wel in de cloud, maar je werkt nog steeds alsof je on-premise zit – inclusief bijbehorende kosten en beperkingen.
En die stap naar écht cloud native werken? Die komt alsnog. Mét bijbehorende codewijzigingen, herinrichting van infrastructuur, integratie van platformdiensten en het opnieuw inregelen van monitoring, beveiliging en schaalbaarheid.
Kortom: je migreert twee keer. Terwijl je dacht dat je klaar was.
Dat betekent niet dat lift & shift per definitie een slechte keuze is. Bijvoorbeeld bij een harde deadline of bij legacy-applicaties kan het tijdelijk de beste optie zijn.
Maar zie het dan ook als dat: tijdelijk. Niet als eindpunt, maar als tussenstation. De echte waarde van de cloud zit in de manier waarop je er gebruik van maakt. En dat vraagt bij keuzes die verder gaan dan snelheid alleen.
Cloud native is geen garantie voor inzicht
Je kiest voor cloud native om efficiënter te werken. Minder beheer, meer flexibiliteit, betere schaalbaarheid. En hopelijk ook: lagere kosten. Tenminste, dat is het idee.
Bij die belofte komt een forse kanttekening mee.
In werkelijkheid blijkt het gebruik van cloud native resources allesbehalve transparant.
De grote kracht van de cloud – keuzevrijheid – is ook direct de grootste valkuil. Voor vrijwel elke functie zijn meerdere opties beschikbaar, elk met hun eigen prijsmodellen, beperkingen en gedrag. En die zijn lang niet altijd logisch en zelden intuïtief.
Neem virtuele netwerkapparatuur. De basiscomponenten zijn goedkoop. Totdat je er veel dataverkeer doorheen jaagt. Dan stijgt de rekening explosief. Niet omdat je iets fout doet, maar omdat je niet wist dat dataverkeer een aparte kostenpost is.
Of denk aan data-opslag. Archief-oplossingen zijn goedkoop per gigabyte. Tot je de data regelmatig gaat opvragen. Dan schieten de retrieval costs omhoog. Wat goedkoop leek blijkt opeens een ongewenste forse kostenpost.
Daarom is cloud native geen “inregelen en klaar”. Ook hier geldt: testen, meten en leren. Een oplossing die op papier goed past, kan in de praktijk inefficiënt blijken – technisch of financieel.
Succesvolle cloudorganisaties doen één ding consequent: optimaliseren. Ze testen alternatieven, monitoren gebruikspatronen en sturen actief bij op kosten én prestaties.
De cloud beloont nieuwsgierigheid. Wie bereid is om verder te kijken. Want zelfs de beste cloud native stack kan je verrassen – in positieve maar vaker in negatieve zin.
Voorkom dat jij dezelfde fouten maakt
Bij Sciante hebben we door de jaren heen talloze cloudmigraties van dichtbij meegemaakt – in alle soorten en maten. We hebben gezien waar het misgaat. Maar belangrijker: we weten wat werkt.
Van onnodige lift & shift-trajecten tot verrassend dure opslagoplossingen. Van vergeten autoscaling tot platformkeuzes die later alsnog vervangen moesten worden.
Die lessen delen we graag met je. Omdat het zonde is om tijd, geld en energie te verliezen aan valkuilen die anderen al voor je zijn tegengekomen. Een slimme migratie niet alleen sneller is, maar ook beter schaalbaar, beter beheersbaar en veel kostenefficiënter.
Wil jij jouw cloudmigratie een vliegende start geven? Of zit je al in de cloud en twijfel je of het slimmer of goedkoper kan?
Plan dan een vrijblijvende afspraak met mij in. Dan kijken we samen naar jouw situatie – en ontdek jij hoe je de meest voorkomende fouten direct kunt vermijden.